VisionairVolwassen Sprookjes

Doornroosje Persiflage door AngelWings

Featured Image

Doornroosje

 

In een land hier heel ver vandaan, zo ver dat wij niet eens weten dat het bestaat, woonden eens een koning en een koningin en hun pasgeboren dochtertje.
Nu had het nogal lang geduurd voor de koning en zijn koningin een kind hadden gekregen, maar uiteindelijk was het dan gelukt en was de baby geboren.

De ouders waren uiteraard dolgelukkig. En het hele land was uitgenodigd met prachtig handgeschept briefpapier met een prachtige tekening die de koningin er zelf op had getekend, acht maanden lang. Ze had gisteren net de laatste kaart getekend in barensnood. En daarna was de prinses geboren, dus eindelijk kwam alles toch nog goed.

Nu waren de koning en de koningin één persoon vergeten uit te nodigen. Helaas was dat een hele kwade fee. De 13e fee… Twaalf waren netjes op visite gekomen om de prinses te bewonderen en om haar cadeautjes mee te geven voor haar leven op deze prachtige aardbol, maar die 13e kwam ineens woedend binnenstormen, het leek Maleficent wel.

“En waarom heeft niemand mij uitgenodigd?” riep zij uit. De wind dwarrelde bozig om haar heen, haar rok stoof uiteen alsof het leefde, en haar lange donkere haren wapperden achter haar aan. Woedende boze blikken met tranen, omdat zij vergeten was, en dat hadden ze nu niet moeten doen! Terwijl alle feeën hun gaven aan de prinses hadden gegeven, kwam de boze fee bij de prinses kijken. De prinses lag zich van niets bewust, heerlijk te slapen in haar koninklijke bedje. Haar lange wimpers lagen in dromenland op haar roze wangetjes. Maar de 13e fee was zo boos dat zij een vloek uitsprak over de kleine prinses. De koningin had ondertussen een tekening gemaakt voor de 13e fee om haar gerust te stellen, maar de tekening wilde de 13e fee niet hebben.

“Als de prinses 16 jaar oud is zal zij zich prikken aan een spinnenwiel en dood neervallen.” Hardvochtig sprak de 13e fee deze harde woorden uit en liep hierna de deur uit, en vertrok om nooit meer terug te keren.

Iedereen was geschokt, hoe wreed kon iemand zijn om dit kleine kind te vervloeken, terwijl het kind niemand kwaad had gedaan immers? Er klonk gesnik overal, en de koning en de koningin waren gebroken.

Plots kwam de 12e fee tevoorschijn. Zij had zich verscholen achter een grote deur toen de boze 13e fee binnenkwam en ze zei met een zachte stem dat zij niet ongedaan kon maken wat de 13e fee had gezegd, maar dat zij het alles wat kon verzwakken. Ze had niet zoveel toverkracht als de boze 13e fee, maar toch kon zij iets verbeteren aan de boze vloek.

Lees dit ook eens:  Laat je eens ombouwen

Iedereen was opgelucht. De koning en de koningin vielen op hun knieën neer voor de 12e fee. “Alstublieft, help ons dan toch,” smeekte de koningin.

De 12e fee knikte en begon te toveren. Ze deed haar handen in de lucht en begon te zingen: “We are all together nowwwwwwww with the power of the worldddddddddd…”

De prinses had alles meegekregen wat ze nodig had in haar leven: schoonheid, wijsheid, oprechtheid, intelligentie, opgewektheid, kracht, liefde, creativiteit, humor enzovoorts, maar dit laatste, dat ene, dat moest verbroken worden.

“De prinses zal zich prikken op haar 16e door een prik van een spinnenwiel, maar zal niet sterven, daarentegen zal zij 1000 jaar slapen!”

Oké, dat was al heel wat beter immers? De koning en koningin lieten alle spinnenwielen in het land verbranden en zo groeide de prinses op tot de knapste prinses ooit.

Iedereen hield van haar! Mens en dier, allen wilden dichtbij haar zijn, want ze was een geweldig persoon om dichtbij te mogen zijn. Ze was grappig en knap en slim en van alles.

De dag kwam dat zij 16 jaar oud zou worden. Nu was er nergens nog een spinnenwiel te bekennen in het hele land, dus niemand was bang dat er iets fout kon gaan.

In de late middag die dag wandelde de prinses langs een oude torenkamer. Ze had een schattig kitten gezien dat zich verstopte in het hooi onder de toren en zodoende zocht zij naar dit kitten.

Maar terwijl zij het kitten vastpakte, merkte ze dat er nog iemand bij de schuur onder de toren was. Een hele oude dame stond daar met haar oude hondenkar voor de schuur.

“Goedenavond,” riep ze prinses oprecht blij. Het kitten stopte zij in haar armen en ze liep naar de oude dame toe. “Kan ik u ergens mee helpen?” vroeg de lieve prinses aan de vrouw.

“Jazeker,” zei de oudere dame, “ik ben van de GGD namelijk en ik moest hier vandaag even zijn.”

Lees dit ook eens:  De koningin

“Oh, waarom dan?” vroeg de prinses verbaasd. Ze wist nergens van, want dat hielden haar ouders graag zo.

“Nu, er heerst een virus in het hele land en dat virus is enorm gevaarlijk!” zei de oudere vrouw vriendelijk.

“Oh, is het zo erg gesteld in ons land?” zei de prinses geschokt. De fee die haar intelligentie had getoverd, had die dag op het geboortefeest een beetje te diep in het glaasje gekeken. “Ja, zo erg is het al,” zei de oudere dame glimlachend. “Het is een dodelijk virus, zeggen ze, dus… Corona was de naam. Wat moet dat moet.”

Glazig keek de prinses naar de oudere vrouw.
Op het naamplaatje van de vrouw stond:

S. Pinnenwiel.

De prinses trok haar jasje al naar beneden, alsof ze dat wel eerder had gedaan. Ze liet haar blote armen zien aan de oudere dame.

“Welke arm wilt u prikken?” vroeg de oudere dame joviaal.

“Welke jij wilt hoor,” zei de prinses, en de oudere dame pakte al een spuit. De prinses werd geprikt en de oudere dame ging verder en prikte iedereen in het land. Een maand later was het halve land dood en de rest lag in een diepe slaap voor 1000 jaar of zo. En het virus was weg! Gelukkig maar.

1000 jaar later:

Jan Willem kwam eens voorbij met zijn dikke BMW. Hier was hij nog nooit geweest. Alles was overwoekerd met struiken en takken en bomen etc. etc. Raar dat zijn TomTom hem door deze wildernis wilde laten gaan met zijn dikke BMW!

Wat zou dat toch zijn hier? Gelukkig had hij net een heggenschaar gekocht. Eén die werkte op de accu van de auto. Dus Willem Jan ging flink aan de slag, want je wist maar nooit wat je tegen kon komen bij bos en struik en overwoekering.

Twee uur later kwam Willem Jan tot zijn verbazing uit bij een oud kasteel, met overal op de grond slapende mensen. Hij liep het kasteel in en liep maar en liep maar en zag overal slapende mensen.

Uiteindelijk liep hij de grote kasteeltrappen op en kwam uit op een grote slaapkamer met in het midden een hemelbed met daarin een prachtig jong meisje. Ze was zo knap dat Willem Jan het niet meer hield en haar zachte roze lippen kuste.

Lees dit ook eens:  Kort verhaaltje over 5 jaar na het vaccin

Hij kon zich niet meer inhouden gewoon. Zoiets knaps had hij nog nooit gezien en die mooie lange haren die tot op de grond hingen van het bed als gordijnen, prachtige gouden lokken. En haar handen zo slank en teer lagen op haar borst.

Willem Jan pakte haar handen en kuste haar zowaar nog een keer. En plots ontwaakte de prinses uit haar lange, 1000-jarige slaap… haar ogen, wonderlijk lichtblauw, keken Willem Jan nieuwsgierig aan.

“Oh hallo,” zei ze vriendelijk, “ik heb zo heerlijk gedroomd.” Glimlachend rekte ze zich uit en keek naar Willem Jan. “Wie ben jij en wat kom je hier doen?”

“Ik was op weg naar familie en kwam hier uit met mijn dikke BMW en toen zei mijn TomTom dat ik hier moest zijn,” zei Willem Jan, verbijsterd door de liefde die in zijn jonge borst ontsprong voor dit mooie wezentje.

De prinses begreep er totaal niets van wat deze aantrekkelijke jongeman kwam vertellen allemaal, maar dat maakte niets uit. Uit de keuken beneden rook ze al heerlijke geuren. Blijkbaar gerookt vlees of zoiets en wist zij veel wat je 1000 jaar lang kon bewaren. En ze had een gruwelijke honger, dus belde ze aan het koord naast haar bed.

“Zo, eens even eten.” Glimlachend keek ze Willem Jan aan. “Wat jij net deed, vond ik best plezant, dus wil je dat nog een keertje doen?” zei ze verlegen.

“Ja hoor,” bood Willem Jan gul aan.

En hij perste zijn lippen op de hare.

Natuurlijk kwamen net de koning en de koningin binnen, dus dat werd een moetje. Ze moesten nu wel met elkaar trouwen, want een prinses zomaar kussen was uit den boze. Je kon niet zomaar een prinses van haar stand even zoenen.

Nu was het geen straf om te huwen, vonden beide jongelingen, dus zo gezegd, zo gedaan.

Iedereen was dolgelukkig en weer in leven. Het feest was groots, en in de bosjes stond een kleine oude dame met een naamplaatje: S. Pinnenwiel.

De 13e fee glimlachte en klapwiekend vloog zij heen.

© Angel-Wings

Laat meer zien

Gerelateerde verhalen

Bekijk ook
Close
Back to top button
Close

Een Adblocker gedecteerd

Je gebruikt een adblocker, zet deze uit om de hosting van de website te ondersteunen