Volwassen Sprookjes

Meneer de Wolf en de zeven meidjes

Featured Image

Meneer de Wolf en de zeven meidjes

Heel lang geleden, hoewel dat valt ook wel weer mee, woonde er eens in een kleine boerderij een alleenstaande moeder met haar zeven dochters. Vader was er vandoor gegaan met de melkmeid, en moeders stond er alleen voor met haar zeven prachtige dochters.

Nu, dat vond de regering niet zo mooi. Daar moest iets aan gedaan worden, dus zo gezegd, zo gedaan. Men zette meneer de Wolf in om al die mooie meisjes eens aan de tand te voelen of alles wel goed ging in huize ‘’de Zevensprong’’.

Moeder wist ervan. Ze had al een brief ontvangen dat er een onderzoek zou plaatsvinden, maar ze moest ook nog uit werken natuurlijk, anders konden ze helemaal niet meer overleven en eten, zeker niet in deze crisis tijden. Moeder waarschuwde de meisjes om de deur vooral niet open te doen als er iemand aan belde.

”Dat is goed,” riepen de meisjes in koor. Moeder vertelde dat niemand te vertrouwen was in deze tijden en dat er te veel slechte mannen rondliepen met snode plannen, die te maken hadden met hersens die ergens zaten waar ze niet moesten zitten! Moeder ging er snel vandoor op haar brommertje, richting haar werkhuisje en de meisjes sloten alle deuren en ramen en deden de luiken ervoor.

‘’Hoor,’’ riep de oudste dochter, ‘’ik hoor een auto aankomen.’’

‘’Stt,’’ zei de kleinste bang en ze kroop weg onder het bed. ‘’Misschien is er iets gebeurd met moeder onderweg,’’ opperde de middelste, ‘’en wordt ze nu thuisgebracht door iemand die haar vond.’’

Lees dit ook eens:  Oh God, de dominee

‘’Ach, jij hebt te veel fantasie,’’ riep de één na oudste dochter smalend en ze duwde het één na jongste zusje snel in de grote staande klok.

De auto stopte op het erf en even later liep er iemand om de boerderij heen. Het rammelde aan de luiken en belde aan de deurbel, maar ze deden niet open! Oh nee, als moeder iets zei dan gehoorzaamden de meisjes allemaal. Moeder wist alles het beste.

Meneer de Wolf was boos. Zeven meiden en niemand thuis, wat was hier gaande? Dit klopte niet, er klopte wel iets van verlangen in meneer de Wolf zijn boxershort, maar daar dacht hij even niet aan op dat moment. Hij pakte zijn notitieboekje en schreef op dat moeders niet thuis was en dat de zeven meisjes zo bang waren dat ze niet eens open mochten doen van de moeder. Dit was een foute boel dus, grinnikte meneer de Wolf. Hij liep naar het raam en keek naar binnen, zijn volle vette lippen plakten tegen het raam en lieten een afdruk na van zijn speeksel. Langzaam liep hij terug naar zijn auto en reed even later weg.

”Gelukkig,” riep de jongste dochter, ”die is weg!” Ze sprong tevoorschijn en begon touwtje te springen in de hal.

Meneer de Wolf was niet achterlijk. Hij reed zijn auto achterom en ondernam een korte wandeling richting de kleine boerderij. Kleine meisjes, daar viel goed aan te verdienen tegenwoordig, dus deze kans liet hij niet onbenut.

Uithuisplaatsingen leverden nogal wat gelden op voor de goede zaak natuurlijk. En soms zat er een klein hapje bij voor meneer de Wolf zelf, dus vol verve ging hij aan de slag. Hij sloop naar de deur en tikte zachtjes op het kozijn. Hij kneep even in zijn zak en begon met zoete stem de meisjes te lokken. “Meisjes, kom en doe open de deur, ik ben thuis!”

Lees dit ook eens:  Het geweldige mooie eendje!

De meisjes stonden stijf van angst. Moeder had toch altijd een sleutel?

“U heeft geen sleutel, moeder, hoe komt dat toch?” riep de oudste naar de dichte deur.

“Liefjes, ik ben overvallen onderweg door slechte mensen, ze hebben de sleutel gestolen,” piepte meneer de Wolf. “En waar is uw brommer, moeder?” probeerde de middelste dochter.

“Ook die is gestolen, liefjes, ik ben lopend naar huis gekomen en ik moest huilen, dus mijn stem klinkt misschien wat vreemd.”

De jongste sprong op naar de deurklink en duwde deze vol vertrouwen open, maar keek plots in het gezicht van meneer de Wolf, die met een grote grijns naar binnen keek met zijn voet al tussen de deur.

”Zo, zo meisjes, daar trapten jullie mooi in hé? Ik kom jullie allemaal halen, jullie zijn alleen thuis, is het niet? Jullie moeder liet jullie in de steek.”

“Welnee,” riep de jongste boos uit en ze trapte hem tegen zijn schenen. Snel rende ze weg en wilde zich verstoppen, maar meneer de Wolf greep haar vast aan haar vlechten.

Al snel zaten alle zeven meisjes in zijn grote kinderophaalbus en hij sloot tevreden de deuren in het slot. Maar toen hij zich wilde omdraaien, kreeg hij een fikse klap met een koekenpan op zijn kop, en zag hij sterretjes en toen de nacht.

Moeder was thuisgekomen en zag hoe meneer de Wolf zijn handen niet thuis kon houden bij het sluiten van zijn autodeur. Die winter hadden de zeven meisjes goed te eten: lekkere rollade, heerlijke blinde vinken, biefstuk en riblapjes, het was een feest.

Lees dit ook eens:  Sneeuwwitje

Moeder had een leuke vriend gevonden, dus niemand die nog kwam zeuren dat er zeven meisjes eventueel alleen thuis waren.

Meneer de Wolf werd nooit meer gevonden, maar dat kon kloppen. Vraag dat maar aan de hond van de buren, die genoot van de overgebleven botjes.

©AngelWings

Laat meer zien

Gerelateerde verhalen

Bekijk ook
Close
Back to top button
Close

Een Adblocker gedecteerd

Je gebruikt een adblocker, zet deze uit om de hosting van de website te ondersteunen