De achterbuurman en zijn papegaai
Eindelijk was het mooi weer, Henk pakte zijn krantje en ging in de tuin zitten lezen.
Een beker koffie erbij en hij genoot.
Sinds kort had hij nieuwe achterburen. Hij had nooit last gehad van iemand in de wijk zelfs, maar deze nieuwe bewoners waren nogal luidruchtig en trokken zich nergens iets van aan.
Zeer irritant was het feit dat zij een papegaai hadden en dat de baas de papegaai leerde fluiten.
Maar dan wel van die domme fluitdeuntjes.
Heel simpel, dat irriteerde Henk wel eventjes mateloos.
Enkele malen keek Henk verstoord op van zijn krantje een boze blik werpend op zijn schuttingdeur alsof de buurman dat zou zien.
Het lawaai bleef maar doorgaan. De papegaai floot maar door en de deuntjes waren intens triest en vals.
Nu hield Henk wel van klassieke muziek, kijk had hij een papegaai gehad zou hij dat dier wel eens klassiek leren fluiten!
Maar leg dat maar eens uit aan zijn asociale buurman?
Mopperend ging Henk uiteindelijk maar binnen zitten, in de hitte.
De ergernis verdween uiteraard niet, was het niet de papegaai die vals floot danwel het baasje zelf die zijn papegaai wilde leren fluiten. Het hield maar niet op.
Henk werd er zo langzamerhand gestoord van, maar zei niets, hij potte alles op.
Sinds kort had die achterbuurman ook nog eens een hond die de hele dag blafte.
Henk kreeg zo langzamerhand moordneigingen!
Niemand die hem zou helpen. Die buurman was ook nog eens zo asociaal dat zou hij er iets van zeggen er nog weinig heel zou blijven van zijn autootje, en zijn tuin bv.
Nee, Henk was stil in zijn ergernis.
Henk ging steeds vaker weg, uit eten, of buiten de deur bij een recreatieplas zitten, om toch maar wat te kunnen zonnen.
Maar zijn tuin was niet langer een plek om van te genieten.
Uiteindelijk na 2 jaar ergernis, werd het Henk teveel.
Hij maakte inmiddels al snode plannen!
Dit moest ophouden namelijk, dit kon zo niet langer doorgaan.
De achterbuurman maakte zo intens veel lawaai, ook in de nachtelijke uurtjes ging meneer door met zijn hoempapa muziek en zijn vrienden. Feestjes bij de vleet en Henk zat zich maar te verbijten in zijn huis.
Nu had Henk wat geld gespaard in al die jaren en kon hij iemand inhuren. Henk belde hiervoor een Pool die wel een moordje wilde plegen voor een flinke duit.
Prima zei Henk, als hij maar weer eens rustig in zijn tuin kon zitten en, buurman weg, betekende ook die klotepapegaai weg en die rothond!
Henk betaalde de killer en ging met een rustig gemoed naar huis.
Hij had al wat krantjes opgespaard om in zijn tuin uiteindelijk weer eens rustig te kunnen lezen.
Op een middag die week nog kwam er politie aan de deur bij Henk, of hij iets vernomen had bv?
Neuh niets hoor. Of hij wist of zijn achterbuurman vijanden had.
Geen idee hoor schudde Henk met zijn hoofd.
Henk wist nergens van.
Maar de achterbuurman was vermoord gevonden in een bos dichtbij.
Misschien was hij homo ofzo en dat hij daar afgesproken had, zei men in de buurt. Dat hoorde je wel eens hé?
Dan kwamen er fouten op af die deze mannen dan wel eens een lesje wilden leren.
De achterbuurman was flink in elkaar gerost nml.
Maar goed hij was er niet meer.
Henk nam zich op een dag in de zomer voor om te gaan genieten in zijn tuintje.
Heerlijk!
Een glas ijskoude cola voor zich, de kranten op tafel.
Maar terwijl Henk net ging zitten en een slok cola nam verslikte hij zich bijna in de cola, hoorde Henk nu weer dat bekende fluitje!
Het zal toch niet? Buurman was er toch niet meer?
Ja hoor weer dat valse fluitje van die rotpapegaai!
Verdomme, Henk liep naar de schutting en luisterde naar de geluiden.
Ja hoor die kutpapegaai was weer aan het fluiten.
Toevallig kwam de achterbuurman naast zijn heengegane buurman naar buiten. Dag buurman! riep hij joviaal.Henk stamelde, hoor je dat ook, de papegaai van de buurman die er niet meer is?
Ja zei de buurman, die woont nu bij mij.
Ik vond het altijd een prachtdier en de familie vond het prima, die wilden die schreeuwlelijk niet in huis.
Oh en zijn hond heb ik ook maar genomen, anders moest hij naar het asiel.
Lijkbleek trok Henk zijn schuttingdeur weer dicht.
Strompelend liep hij zijn huis weer binnen.
Hij plofte neer op zijn stoel en zocht naarstig in zijn agenda naar een nummer.
Het nummer van die Pool, want dit kon toch zomaar niet?!
©AngelWings